Hoe doen zij het? Het Theresialyceum
Een praktijkvoorbeeld ter inspiratie
Op zoek naar een school met een positief lhbt-klimaat en naar factoren die bepalend waren voor dat klimaat bezocht Stichting School & Veiligheid het Theresialyceum in Tilburg. Een verslag van dit bezoek.
Op zoek naar wat werkt
Om dit te onderzoeken organiseerde het Theresialyceum een spiegelgesprek met leerlingen en leraren. Een van de leraren was Geert Verwijmeren. In onderstaand artikel beschrijven we dit gesprek, blikken we met Verwijmeren terug op het jaar dat daarop volgde en analyseren we de werkzame factoren in dit verhaal.
Het spiegelgesprek: de leerlingen
In een kring zitten zeventien leerlingen waarvan de meesten actief zijn in de pas opgerichte GSA. Ongeveer tien van hen zijn ‘uit de kast’ als lesbisch, homoseksueel, biseksueel, transgender of panseksueel. In een halve kring om hen heen zitten negen leraren en de rector. Van de leraren zijn er vier die zich hebben ge-out als lesbisch of homoseksueel. De gespreksleider heeft de gespreksronde vooraf met de leerlingen voorbereid, zodat zij zich zekerder voelen tegenover de leraren. Bovendien zorgt de gespreksleider er voor dat de leerlingen hun meningen op een respectvolle manier uitwisselen.
De casus die wordt voorgelegd is een zaak waarin de school over het hoofd ziet dat een van de leerlingen wordt buitengesloten. In hoog tempo wisselen de leerlingen hun meningen hierover met elkaar uit. Vervolgens bespreken ze een situatie waarin mensen elkaar niet kunnen overtuigen seksuele diversiteit al dan niet te accepteren. De leerlingen bedenken met elkaar hoe je juist dàn toch kunt oefenen met respect. De leerlingen blijken genuanceerde ideeën te hebben over wat docenten zouden moeten weten over seksuele diversiteit. Ten slotte geven ze de docenten tips over doorlopende aandacht in alle jaarlagen en lessen.
Het spiegelgesprek: de leraren
De docenten zijn verrast door de openheid en nuances van de leerlingen. Geert Verwijmeren is een van de aanwezige docenten. Hij is niet alleen biologiedocent, maar sinds 2013 ook ‘coördinator voor Gezonde School en lhbt’. Met deze functie laat de school zien dat ze graag wil werken aan omgevingsfactoren voor een goed leerklimaat, zoals gezondheid en sociale veiligheid. Toch is ook Geert verrast door de uitkomsten van het spiegelgesprek:
“Ik dacht dat de school de afgelopen jaren veel voor het onderwerp had gedaan.”
“Nu ik de leerlingen hoor, vind ik dat we nog te weinig doen. Ik zou graag willen blijven spiegelen met deze leerlingen.” Zijn collega’s vallen hem hierin bij: “En waarom zo’n spiegelgesprek ook niet met andere onderwerpen?”.
Het jaar na het gesprek
Na het spiegelgesprek nodigt Geert de leerlingen uit om een groepje te vormen dat regelmatig met elkaar uitwisselt. Eén van de eerste dingen die hij samen met het groepje doet, is een bezoek brengen aan het overkoepelende schoolbestuur. De leerlingen inspireren het bestuur met wat zij op school hebben gedaan. Daarnaast biedt Geert de leerlingen aan om in hun GSA een vorm te geven aan de conclusies van het spiegelgesprek.
Dat wordt binnen de school opgemerkt. De leerlingen van de kersverse GSA vragen de vakdocenten of ze hun medeleerlingen zelf voorlichting mogen geven. In de school hangen ze GSA-posters op. Eerste- en tweedeklassers die deze posters zien en erover staan te praten, worden daarna ook lid van de GSA.
Geert: “Als persoon binnen de school met speciale verantwoordelijkheid, kan ik als een soort ambassadeur langs de teamvergaderingen lopen om er aandacht voor te vragen. Maar ik moet het aan het team overlaten of ze er iets mee wil. Toch merk ik dat bij leraren heel sterk het gevoel leeft dat je naar leerlingen altijd luistert.”
In 2017 verscheen het rapport ‘Niet langer een keuze’, waarvoor bovengenoemd spiegelgesprek was opgezet. De publieksversie van dit rapport is het boekje # ‘Waar begin je?’ waarin veel gesprekken tussen leerlingen en leraren zijn opgenomen, plus de analyse daarvan.
Geert: “Ik lees regelmatig in het boekje omdat er veel informatie in staat. Het is een bron die je regelmatig kan terugpakken en het is schitterend vormgegeven. Een boekje dat je zomaar ergens neerlegt.”
Werkzame elementen
Uit bovenstaand voorbeeld kunnen een aantal factoren gedestilleerd worden, die we ‘werkzame elementen’ kunnen noemen. In deze elementen zien we vooral ‘Uitwisselen met leerlingen’: een van de zes succesfactoren die beschreven staan in het boekje ‘Waar begin je?’.
- Er is een persoon binnen de school die ervoor zorgt dat aandacht voor seksuele diversiteit op de agenda blijft staan. Deze persoon is bovendien zichtbaar en gemakkelijk vindbaar voor organisaties van buitenaf, die de school graag willen ondersteunen. Deze persoon weet ook wanneer en hoe de ondersteuning van buitenaf binnen de drukte van de eigen school vorm kan krijgen.
- Geert organiseert binnen de school een veilige en open ontmoeting tussen leerlingen en leraren over ervaringen en ideeën met betrekking tot seksuele diversiteit op school. Daarmee stelt hij zich kwetsbaar op. Hij laat zich verrassen door de nuances die de leerlingen aanbrengen in hun veiligheidsbeleving en hun adviezen daarover aan de leraren.
- In reactie op dat succes wil hij de veiligheid beschermen die de leerlingen hebben ervaren doordat zij zich op kwetsbare wijze hebben kunnen uiten. Daarom doet hij twee dingen. Hij stelt voor om een GSA te vormen en nodigt de aanwezige leerlingen uit om daarin mee te doen. Met die volgorde geeft hij leerlingen de vrijheid om te kiezen voor een omgeving waarin hun openheid en kwetsbaarheid beschermd en gekoesterd wordt. Daarna stelt hij voor dat deze groep zich geregeld aan de docenten spiegelt. Zo waardeert hij de leerlingen optimaal voor hun openheid. Tegelijkertijd stelt hij op zijn school het proces in werking om blijvend te leren en te verbeteren, een voorwaarde om die openheid te blijven onderhouden.
- Geert stimuleert leerlingen hun verhaal te vertellen voor het overkoepelend bestuur van de school. Daarmee brengt hij de stem van de leerlingen naar een plek van waaruit nog meer scholen geïnspireerd kunnen worden.
- Hij creëert de voorwaarden voor leerlingen zelf waardoor deze zelf met andere leerlingen in gesprek gaan over gender- en seksuele diversiteit, door middel van wervende posters, activiteiten als Paarse Vrijdag, de Paarse Vrijdag Krant en voorlichting langs de klassen. Zo stimuleert hij leerlingen om vanuit eigen emancipatie tot actie te komen.
- Geert geeft de leerlingen vertrouwen en doet een beroep op hun zelfstandigheid. Zo is de laatste Paarse Vrijdag volledig door leerlingen georganiseerd en valt of staat het werk niet met één persoon.
Wil je weten hoe het er in oktober 2019 voor stond met de GSA van Het Theresia? Het Brabants Dagblad interviewde een aantal leerlingen: ‘De dag dat je niet meer uit hoeft te leggen, ‘ik ben dit’, of ‘ik val op dat’. Dat is een mooie dag’.
- Een ander praktijkverhaal lees je op de site van School & Veiligheid: ‘Werken aan seksuele integriteit bij leerlingen, hoe doe je dat?’ over de reactie van een vmbo-leerkracht op een sekueel getinte meme waar hij in voorkwam.